OCR
78 MINERAALKUNDIGE Jde van magnefia ‘bevatte, werd nedergeftoo> ten-door eene oplosfing van alkal mineralis; » deze‘ nederftooting, nadat die zoetgemaakt y en gewasfchen was, woôg drie greinen meer „san: de:magnefia, welke gebruikt was om de x arg. nederteftooten,,. Deze drie greinen, na„dat die gloeiendheet geftookt ‚waren, bragten » een en een half grein bijtende aarde van o, Magnefia Noord.’ ‚s Ten negenden.. Nu ‚bleef het vloeibaare, a, hetwelk. overgebleeven was na de nederítoo9 “ting van de arg: en magnefia, door de vlug„ge alkal (N. 6.) nog ten onderzoeke overig. » Dit werd weile tot op weinige oncen 3 uitgedampt, welke, door bijvoeging van eene » Zuivere oplosfing van alka regetals, een > aardachtig zetfel opleverde ; nadat dit gewas> {chen en gedroogd was, gaf het zes grei„nen vlugge kalkachtige aarde, en toen het’ » glociendheet gemaakt werd, leverde het driec eh een half grein leevende kalk uit. — Her „bike uit deze proefneemingen, dat honderd » greinen van den helderen keifteen de vol» gende famenftellende deelen hebben.’ Slük 202