Ofichoon al de Tokayerwijn niet te Tokay —
grocit, zijn echter alle de voordeelig, gelegen
plaatzen rondom, deze. ftad met wijnftokken
bedekt. De grond is bij uitftek fijn en ligt,
even als #2p6/, het is een volkomen poeder
of ftof, van eene ligtbruine kleur, en maakt
eene verbaazende opbruifching met zuuren;
niets .heeft die grond, dat naar zand zweemt,
ook is hij in het geheel niet gemengd met
fteengruis of fteenen; nu en dan flechts wor¬
den eenige weinige losfe brokken van por¬
plıyrfteen in denzelven gevonden. Deze. grond
is zeer diep; daar, waar de regen kuilen ge=
maakt heeft, kan men zien, dat hij verfcheide
yards diep gaat. Naar den top des heuvels,
die even boven de ftad ligt, is de grond meer
rotsachtig, en daar is hij waarfchijnlijk niet
700
we koude regenachtige morgen? Op welke vraag de ane
der dan ten andwoord geeft: Waarlijk, Sandy, het is
Zoo, een /choone koude regenachtige morgen. — Men
bemerke: dat in het noorden van Schotland de lucht
meest altijd koud, dik en regenachtig is, hetwelk de
inwooners, doordien zij aan zulk weder gewend zijn,
voor even zulk fchoon weder houden, als bij ons een aan
genaame 2omerdag is. V.